Akkerranden
Hierbij wordt binnen de voorgestelde regels onderscheid gemaakt tussen beheerde- en onbeheerde akkerranden:
Beheerde akkerranden moeten vastgelegd worden in een Agrarisch Natuurbeheer (ANB) overeenkomst met een looptijd van 5 tot 7 jaar, waarbij de akkerrand minimaal 30% bedraagt van het totale vergroeningsareaal. De akkerrand is tenminste 3 meter breed en heeft wegingsfactor van 1,5. Er moet een mengsel van soorten ingezaaid worden die ter bevordering van de biodiversiteit dienen, zonder landbouwkundig gebruik. Minstens 50% van de beheerde akkerrand moet ook tijdens de winter aanwezig zijn. Bij aangrenzende sloten mag de helft van de breedte, met een maximum van 3 meter, meegeteld worden.
Onbeheerde akkerranden hebben een wegingsfactor van 1,0 en vallen onder de keuze van de algemene lijst (vrij en flexibel op te nemen dus). Deze akkerrand moet 1 tot 20 meter breed zijn en bij aangrenzende sloten mag de helft van de breedte, met een maximum van 3 meter, meegeteld worden. De eisen ten aanzien van beheer en in te zaaien soorten zijn nog onbekend.
Voor akkerranden wordt veelal een combinatie van grassen, granen, bloemen, kruiden en vlinderbloemigen toegepast. Bij de juiste zadenkeuze kan een akkerrand ten diensten staan van het aangrenzende akkerbouwgewas, bijvoorbeeld als lokgewas voor insecten en schimmels.
Nadere productinfo over akkerrandenmengsels volgt.
De hierboven omschreven voorwaarden zijn nog niet definitief en kunnen gewijzigd worden. Er kunnen daarom geen rechten hieraan verleend worden en Barenbrug stelt zichzelf niet aansprakelijk voor de keuzes die een ondernemer op basis hiervan maakt. Voor meer informatie zie: www.toekomstglb.nl.