‘Vroege oogstrijpheid van Porthus past hier perfect’

Binnen zijn bouwplan zoekt akkerbouwer Hein van Olst uit Andelst voor zijn grote areaal wintertarwe (65 hectare) naar spreiding van het oogsttijdstip. Rassenkeuze is daarbij een belangrijk hulpmiddel. De nieuwe topper Porthus, welke vroege oogstrijpheid combineert met een prima opbrengst, is dan ook koren op zijn molen. “We willen met de graanoogst aan de gang kunnen blijven. Dan past zo’n vroegeling heel best.”

Het land

Op rivierklei variërend van 25 tot 65% afslibbaar in de Betuwe draait Van Olst met een bouwplan met aardappelen, suikerbieten, uien, graszaad en wintertarwe. De wintertarwe draagt met gemiddeld 65 hectare per jaar bij aan de vitaliteit van zijn land. “We telen de tarwe zowel op onze lichtere als op de zwaardere percelen.” Om de oogst te spreiden kiest Hein elk jaar bewust zes verschillende rassen uit het rassenpakket. Een nieuwkomer moet wel iets toevoegen. Porthus geeft hij graag de kans. In 2016 werd hiervan 10 hectare gezaaid op een perceel waar vorig jaar aardappelen stonden.

Een echt tarwejaar

Na het rooien van de aardappelen maakte de zaaimachine op 29 oktober zijn rondgang. De dosering bedroeg 175 kilo met een duizendkorrelgewicht van 51 gram, leest Hein terug in zijn logboek. “Het is een perfect seizoen geweest. Heel anders dan het vorige drijfnatte jaar”, zegt de akkerbouwer over het graanseizoen. “Het was een echt tarwejaar!” De zeer vroegrijpe Porthus, die volgens de actuele PPO-lijst een 8,0 scoort voor vroegheid, heeft er volgens de Betuwse akkerbouwer optimaal van geprofiteerd. “Het gewas heeft een prachtige beginontwikkeling gehad en is geweldig in de grond gebleven.” Porthus had totaal geen last van verdroging, in tegenstelling tot rassen op percelen met hoge zandkoppen.


Er zijn twee bespuitingen uitgevoerd tegen onkruid, twee bespuitingen tegen schimmels T1 en T2, één in combinatie met halmverkorter en één in combinatie met een insecticide tegen graanhaantje en luis. Porthus heeft mooie cijfers voor resistentie tegen de belangrijkste blad- en aarziekten. De bestrijding van meeldauw noemt hij een ‘aandachtspuntje’. Het kan probleemloos worden uitgevoerd. “Het is niet de moeite, er zijn rassen met eigenschappen die veel kwalijker zijn. “

Vroegheid is grote winstpakker

Reeds op 21 juli kon de combine aan de slag in de Porthus. “Die is daarmee 5 tot 6 dagen vroeger dan een gemiddeld vroeg ras.” De vroege oogstrijpheid bevalt van Olst wel want het zorgt voor spreiding in zijn werkzaamheden. “Met dit ras ben je overal voor. Die vroegheid is een van de grote winstpakkers, dat is gewoon perfect.” Want dan kan de groenbemester tijdig worden gezaaid. Na de wintertarwe volgt weer een hakvrucht, in dit geval suikerbieten. Na een groenbemester (gele mosterd met bladrammenas) gaat het bietenzaad in de lente van 2018 de grond in.


Ook over de opbrengst van Porthus is Hein van Olst te spreken. “ik heb hem zelf in de schuur gereden. Dat was nog in de droge tijd. Kort daarna begon kregen we dat kwakkelweer.” De opbrengst van Porthus is volgens de akkerbouwer met 11 ton per hectare prima, met 14,7 procent vocht. Dat sluit aan bij de hoge klassering van het ras op de recente SPNA-lijst. Ook het hectolitergewicht is hoog. “Uitstekend vindt hij ook het volume aan stro dat van het land komt. “Wij komen op ruim vijf ton per hectare.” Alles bij elkaar voldoende reden voor Hein om het areaal van 10 hectare Porthus dit jaar te verdubbelden maar 20 hectare in 2018.

Aankoop en advies

Meer informatie over Porthus leest u op de productpagina Portus of vraag erna bij uw zaaizaadleverancier.

 

terug