Meer en smakelijk ruwvoer door aangepaste grasmengsels en geschikte maïs
Tijdens een seminarie vorige maand presenteerde Barenbrug zijn nieuwigheden voor seizoen 2012. Een accent lag ook bij de visie van de zaadfirma over de ruwvoerproductie in de toekomst, namelijk: “Meer en smakelijk ruwvoer voor een hogere dierlijke productie”.
De nieuwigheden in het gamma voedergrassen van Barenbrug werden gepresenteerd door Tom Willems. Hij lichtte tevens de visie van de zaadfirma toe over de evoluties in de toekomst. Vastverzekerd luidt het dat er na 2015 meer en smakelijk ruwvoer nodig is. Volgens Barenbrug is dit vereist om tot een hogere melkproductie te komen. Smakelijkere weides voor een maximale ruwvoeropname en meer structuur zijn nodig. “Vooruitgang wordt geboekt door veredeling”, legt Tom Willems uit. Hij toonde metingen die weergeven dat er op 10 jaar tijd 5% (700 kg) vooruitgang is geboekt op het vlak van drogestofopbrengst. Op 25 jaar tijd is er 12% vooruitgang geboekt in de standvastigheid van Engels raaigras en is er een betere kroonroestresistentie.
Grasmengsels
Barenbrug komt met grasmengsels die meer massa moeten opleveren (ook in het najaar). Perspectief is er tevens voor meer suiker in het najaar voor meer smaak en een betere conservering. Nieuwe Engelse rassen zowel tetra als diploïde, zijn ontwikkeld. Hierdoor krijgen de Milkway mengsels een update.
Het eerste nieuwe mengsel dat gepresenteerd werd, was Milkway Plus. Dit past prima in Barenbrugs toekomstvisie van grote snedes met smakelijk gras. De opname van de koeien zou hierdoor hoger liggen. Meer smakelijkheid wordt gecombineerd met een hoge voederwaarde in het Milkway Plus mengsel. Dit is ook zeer wintervast en verdraagt een intensieve beweiding.
De heer Willems duidde er in zijn presentatie sterk op dat gras de beste structuurleverancier is en dat dit een middel is om problemen met pensverzuring tegen te gaan. Het gevolg hiervan is een gezondere penswand met een hogere voederopname en een toegenomen dierlijke productie. In het kader van het voorkomen van pensverzuring en een hogere structuuraanbreng, schuift Barenbrug zijn mengsel Milkway Structo naar voren. Dit bevat een echte ‘prik’ dat volgens de uitleg van Tom Willems nodig is in rantsoenen die uit meer dan de helft maïs bestaan. Dit grasmengsel vormt zo volgens hem een alternatief voor graszaadhooi of stro in het rantsoen. Milkway Structo geeft een hoge productie en veel proteïne per hectare. Hierdoor krijgt dit mengsel het label ‘Triple P’ (Proteïne, Prik, Productie) opgekleefd door Barenbrug. Nog bemerken dat Milkway Structo voornamelijk voor het maaien naar voor geschoven wordt.
Een nieuw grasmengsel dat Barenbrug introduceert is Milkway Beef. Het zorgt voor extra opname van drogestof en eiwit, ook bij een lagere stikstofbemesting. De samenstelling bestaat uit kropaar, rietzwenkgras, Engels raaigras, Thimothee en Beemdlangbloem. Ook in zomerperiodes en bij droogte en koude moet dit voor een goede productie zorgen.
Tot slot van zijn uiteenzetting keek Tom Willems nog eens vooruit naar de toekomst en stelde zich de vraag “Waar er nog geld kan verdiend worden?”. Dit kan volgens hem door het verhogen van het eiwitgehalte van gras, waardoor minder eiwit moet aangekocht worden. Smakelijk ruwvoer bespaart ook aanzienlijk op krachtvoer. “Wilt men in de toekomst meer goed gras om meer melk te leveren, dan moeten we nu weiden gaan verbeteren”, besloot de heer Willems.
Maïsvariëteiten
Tim Bottu besprak tijdens het Barenbrug-seminarie het aanbod maïsrassen dat ze aanbieden.
Enkele nieuwe variëteiten zijn beschikbaar voor komende uitzaai. Als korrelmaïsrassen worden door Barenbrug de variëteiten Ballade, Palazzo, Salgado en Bravour naar voor geschoven. Deze laatste twee rassen worden ook als kuilmaïs aangewend en Salgado en Bravour hebben zichzelf al enkele jaren in praktijk bewezen en tonen goede resultaten op de Belgische rassenlijst.
Het ras Ballade is met een fao van 190 de vroegste korrelmaïs in het aanbod van Barenbrug en laat hiermee dan ook weinig droogkosten optekenen. “Het ras Palazzo is met een fao van 205 iets later dan Ballade, doch weet ook hij een goed opbrengstpotentieel aan de dag te leggen”, aldus Tim Bottu.
Het aanbod kuilmaïsrassen is bij Barenbrug uitgebreider. Bij de zeer vroege soorten heeft men Ballade en Kira, onder de vroege soorten rekent men Progress, Salgado, Bravour en Fortran. De variëteiten Lena, Saphari, Kompass en Olimpus zijn midden vroege kuilmaïsrassen en Paroli en Charles zijn half late types. Tim Bottu bemerkt dat deze laatste types al enkele jaren meelopen en zich reeds bewezen hebben. Uit het gamma kuilmaïsrassen lichtte hij enkele nieuwigheden toe.
Vooreerst is dit het ras Kira (fao 200), een enkelvoudige hybride sinds dit jaar ingeschreven op de Belgische rassenlijst met een drogestofopbrengst van 104%. Kira weet vroegheid en opbrengst goed te combineren, samen met een goede jeugdgroei en voederwaarde. Kira is een maïsgewas van het Stay-Green type met grote kolf.
Saphari (fao 225) is nog een nieuw kuilmaïsras en werd vorig jaar reeds ingeschreven op de Franse rassenlijst. Afgelopen twee jaar dook hij al op in het CIPF-netwerk. Kenmerken die aan het ras Saphari worden toegeschreven door de heer Bottu zijn een vroege bloei en voldoende vroege maïs. “Hierdoor is er weinig risico en flexibiliteit in de uitbating van de maïs”.
Het nieuwe ras Olimpus (fao 230) is net als Saphari een driewegskruising en werd reeds in 2010 ingeschreven op de Franse rassenlijst. Olimpus zou een groot gewas opleveren met een mooie kolf en zeer gezond zijn met een uitstekende Helminthosporiumtolerantie.
Verteerbaarheid
Om de verteerbaarheid van zijn maïsrassen in kaart te brengen doet Barenbrug een beroep op de 3D-methode (Diary, Dynamic, Digestibility) die ontwikkeld is door Arvalis, een onafhankelijke onderzoeksinstelling in Frankrijk. Via de analyse op pensfistel koeien kan er een dynamisch profiel worden opgesteld van de verteerbaarheid per maïsras. Pensfistel koeien hebben operationeel een luikje in de buikwand ingepland gekregen waarlangs er directe toegang is naar de pens. Op deze manier komt er veel extra informatie beschikbaar over de maïsrassen en kan er gekozen worden voor het maïsras dat het beste past bij het rantsoen.
Voordelen verbonden aan deze 3Dmethode zijn dat de analyse gebeurt op basis van ingekuilde maïsstalen en dat de analyse van de verteerbaarheid direct in de pens van de koe gebeurt (geen omrekening nodig). Op verschillende tijdstippen (bv. na 2u, 4u, 8u, 24u, 48u en 72u) kan een analyse van de vertering van verschillende voedingsstoffen gebeuren. Analyses van Barenbrug maïsrassen die Tim Bottu tijdens het seminarie wist te presenteren, laten alvast mooie resultaten zien.
Inkuilmiddelen
Tot slot van zijn uiteenzetting, stond de heer Bottu nog stil bij de Bonsilage inkuilmiddelen. “Goed gekweekte maïs, willen we immers ook in de kuil goed houden”. Barenbrug heeft meerdere producten in het aanbod omdat ieder product een andere samenstelling heeft afgestemd op het bewaardoel. Zo heeft bv. Bonsilage CCM een kleiner aandeel bacteriestammen voor de kuilverbetering, maar is er een hoger aandeel aan broeiremmers. “Wij bieden meerdere inkuilproducten aan, zodat kan afgestemd worden op de diverse ruwvoeders om de bewaring beter te laten verlopen”, klonk het tot slot.
Bron: Landbouwleven, 10/02/2012, pg 32